dinsdag 2 oktober 2012

Kinderen in rouw

Uit "Kikker en het vogeltje"
Vorig jaar ben ik mijn jongste broer (24 jaar) verloren in een verkeersongeval. Mijn broer was peter van mijn zoontje Rune (toen bijna 2 jaar) en hij woonde in onze straat, recht tegenover ons. Dit was een tragische en schokkende gebeurtenis voor de ganse familie. Ook Rune ondervond de gevolgen, hij heeft te maken gehad met scheidingsangst.
Daarom wil ik graag deze info met jullie delen:




Kinderen van 3 à 4 jaar accepteren de dood niet werkelijk. Ze begrijpen de dood als een
afwezigheid die angst van de scheiding teweegbrengt.
Kinderen van 4 à 5 jaar zien de dood in de eerste plaats als een gebeurtenis die anderen
overkomt : grootvader, een dier, ... De voorstelling omtrent de dood is nog zeer vaag en wordt
meer verbonden met de gedachte aan slaap, duisternis of onbeweeglijkheid. Op deze leeftijd
reageren kinderen meer spontaan en met minder angst op vragen betreffende de dood dan later omdat ze meestal het definitieve einde en de betekenis voor zichzelf nog niet goed begrijpen.
Vanaf 5 jaar worden kinderen steeds meer terughoudend bij het spreken over dood en sterven.
Op deze leeftijd ontstaat vaak een zekere angst voor de dood, die dan gecompenseerd wordt
door wensdromen.
Kinderen van 5 à 6 jaar stellen zich voor dat de overledene in dezelfde vorm steeds blijft voortbestaan of mogelijk in een andere gedaante tot het leven terugkeert.

Wie hierover materiaal zoekt om te gebruiken met kinderen kan deze prentenboeken gebruiken:
“Kikker en het vogeltje” van Max Velthuijs , over het kennismaken met dood
“Lieve oma pluis” van Dick Bruna, over doodgaan en begrafenis
“Derk Das blijft altijd bij ons” van Susan Varley , over het gemis na de dood en hoe ermee om te gaan
“Dag muisje” van Robie H. Harris en Jan Ormerod, over het afscheid van een huisdier


(Bron:  Awel - KJT)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten